Naam: Ogg
Voornamen: John
Roepnaam: Jack
Geboortedatum: 19-05-1907
Geboorteplaats: Montreal, Canada
Wonende: 585 Esplanade Avenue, Montreal, Canada
Rang / Beroep: Lance Corporal
Identiteitsplaatje: 7943640
Eenheid: Royal Armoured Corps, 2nd Fife and Forfar Yeomanry
Overlijdensdatum: 24-09-1944
Overlijdensplaats: Deurne
Doodsoorzaak: Ten gevolge van een tankgevecht
Begraafplaats: Nederweert War Cemetery
Gedenkplaats: –



Overige informatie

Graflocatie: I. D. 10.

37 jaar. Zoon van John Ogg en Jane Anne Ogg-Watt; weduwe Jean Ogg, uit Aberdeen.

John Ogg, zoon van Schotse ouders, werd geboren in Montreal (Canada) maar tijdens zijn jeugd verhuisde het gezin naar Aberdeen in Schotland. Zijn moeder stierf toen hij nog erg jong was maar ook zijn vader, Lance Corporal John Ogg sneuvelde in de Eerste Wereldoorlog tijdens de derde slag om Ieper (Slag om Passendale) als John nog maar 10 is. In 1941 meldde John Ogg zich in Aberdeen aan 24 Lancers (B Squadron) deze eenheid werd echter in de zomer van 1944 ontbonden en John wordt overgeplaatst naar het 2nd Fife and Forfar Yeomanry (C Squadron) waarmee hij via Frankrijk en België in Nederland aankomt.

Rond 14:00 uur komt het 2nd Fife and Forfar Yeomanry aan in het inmiddels deels bevrijde Deurne en rijdt door in de richting van Bakel. Aan het C sqn. werd opdracht gegeven voor verkenning aan de Vlier bij de Bakelseweg maar deze bovenloop werd door C sqn. over het hoofd gezien en men rijdt door in de richting van de Kaweische loop waarvan gedacht wordt dat dit de aangegeven lokatie is. Ongeveer 20 mtr. voor de Kaweische loop komt de voorste leading tank in contact met een Duits pantservoertuig welk in de Kaweide stelling had genomen, al snel mengde zich ook enkele Duitse tanks, opgesteld in de Kuundert, in de strijd.

Marinus van de Weijer, toen een jongeman van 19, herinnert het zich nog goed. Nadat de eerste leading tank een voltreffer incasseert ziet Marinus een Engelse soldaat de brandende tank verlaten en in een sloot springen om zijn in vlam gevatte gevechtsuniform te doven. Ook de tweede leading tank (ongeveer 50 mtr. achter de eerste tank) zoals ook de derde tank, een observation post tank, die nog maar net de boerderij van Marinus gepasseerd was werd door de Duitsers uitgeschakeld. Een vierde tank, onder bevel van Luitenant E.A. Lamont, voerde een omtrekkende beweging naar links uit en ging het gevecht aan met de Duitse tanks in de Kuundert maar slaagde er niet in om ook maar één Duitse tank uit te schakelen, er werd die nacht door de Engelsen ook geen verdere vooruitgang meer geboekt.

Door al het oorlogsgeweld rond de boerderij verbleef het gezin, bestaande uit 10 personen, die nacht bij de familie Bankers aan de Bruggenseweg. De volgende morgen gingen Marinus met zijn broer terug naar de boerderij om de koeien te melken, ze waren nog maar net aan de koffie of ze werden opgeschrikt door Engelse tanks rijdend over de velden en langs het bos in de richting van Bakel. Er werd door de Engelsen enkele schoten in de richting van Bakel gelost maar omdat deze niet door de Duitsers “beantwoord” werden rukten ze verder op in de richting van Bakel.

Nadat de “rust” enigszins was wedergekeerd ging Marinus met zijn broer een kijkje nemen bij de tanks, aangekomen bij de observation post tank opende ze het luik en troffen tot hun schrik twee Engelse soldaten dood in het voertuig. Ook in de leading tank (de middelste tank) waren twee doden te betreuren en in de nabijgelegen sloot troffen ze twee verbrande lijken aan waarop de broers besloten, zwaar aangedaan door wat ze gezien hadden, om de voorste leading tank niet meer te gaan bekijken en keerden ze terug naar huis.

Eerst twee dagen later, op 27-09-1944, kwamen de Engelse hun gesneuvelde kameraden uit de tanks bergen en werden deze nabij de boerderij van Marinus in een tijdelijk graf begraven. Marinus herinnerd zich de vijf oorlogsgraven nog goed, hij meent echter dat iets later nog twee Engelse soldaten hier begraven werden.

Tijdens deze gevechten raakten Thomas Paget en Frederick James Cornwall vermist.

John Ogg, Alexander ForresterEdward William HodgeClifford Colley en Leslie Frank Adams komen bij deze gevechten om het leven.

Beneden de veldgraven met op de achtergrond de boerderij van Johannes M.F. van de Weijer, huisnummer C.71 (nu Hoefweg 3). Mogelijk werden, gezien het bovenstaande, toentertijd Thomas Paget en Frederick James Cornwall hier ook begraven.  Hoewel de tekst op de achterkant van de foto anders doet vermoeden “Bakel 1944 At Rest Hodge Cornwall Paget Ogg Forrester” is uit onderstaande foto echter ook af te leiden dat hier toentertijd 6 personen begraven werden.

Beneden een bezoek met nabestaanden aan het graf van John Ogg, die dag zijn tevens filmopnames gemaakt voor een documentaire over de bevrijding van Brabant. Volwassenen van links naar rechts: Richard Schoutissen (auteur), Laura (kleindochter van John Ogg), Ian (echtgenoot van Laura), Joan (dochter van John Ogg) en haar drie kleinkinderen: Katie, Helena en Rosie.

Beneden Joan en Laura tijdens een bezoek aan de huidige boerderij en het voormalige veldgraf.

Schrijven van het War Office aan de weduwe, Jean Ogg, om haar te informeren over de grafligging.